Je hoort medewerkers richting hun leidinggevende, directie of bestuur wel eens zeggen “practice what you preach”. Feitelijk geven ze hiermee aan dat ze ontevreden zijn over de gang van zaken en wijzen ze de verantwoordelijken op het feit dat ze het ene zeggen en het andere doen. Verwachtingen die worden uitgesproken worden niet waargemaakt. Dit kan voor reuring en onvrede zorgen.
Een goed werkgeversimago wíllen hebben, is iets anders dan er daadwerkelijk een hebben. Mensen aantrekken op basis van verkeerde uitgangspunten of beloften is not done. Maar het gebeurt nog steeds. Men weet d.m.v. de juiste vacaturetekst mensen te triggeren, terwijl de functie vaak minder mooi of spannend is. Soms is deze zelfs totaal anders. Dit zorgt voor ontevreden medewerkers. Zeker nu in deze tijd, waar velen goed zijn opgeleid en precies weten wat ze willen en wat ze kunnen.
Wat menige medewerker vooral wil is overeengekomen autonomie. Dit wil zeggen dat men afspraken maakt over de kwaliteit van hetgeen geleverd moet worden of het gewenste resultaat. De invulling en verantwoordelijkheid ligt in dit geval voor een belangrijk deel bij de medewerker zelf. Veel leidinggevenden vinden het moeilijk om verantwoordelijkheid uit handen te geven. Ze zijn liever in control of bouwen een controle-instrument rondom de werkzaamheden van de werknemer(s). Deze laatste voelt zich hierdoor niet alleen ondergewaardeerd, maar ook gecontroleerd. Dit gaat ten koste van het vertrouwen over en weer en daarmee ook ten koste van de loyaliteit.
Persoonlijk ben ik van mening dat het juist nu de tijd is voor werkgevers om meer in te zetten op persoonlijk leiderschap en eigen verantwoordelijkheid (eigenaarschap). Anders gaan de medewerkers lopen. Dit geldt zeker voor de medewerkers die aangeven hier behoefte aan te hebben.
Een groot verloop van personeel zorgt voor meer werkdruk en daarmee vaak meer ontevredenheid en ziekteverzuim. Het risico is aanwezig dat ook dit personeel openstaat voor een nieuwe functie elders. Een bedrijf of organisatie dat hier geen oog voor heeft kan hierdoor in de problemen komen omdat men geen nieuwe mensen kan vinden en daarmee de continuïteit in het geding komt.
Om dit te voorkomen wordt van de werkgever een meer kwetsbare opstelling en meer flexibiliteit verwacht en minder regels en processen die in beton zijn gegoten. Er zou altijd ruimte moeten zijn voor verandering of in elk geval het vermogen of de bereidheid tot aanpassing.
Bedrijven en organisaties die hiervoor openstaan krijgen er veel voor terug. Want we weten allemaal wat het resultaat is van werkgeluk:
“Happy People, Better Results!”